Het percentage inleidingen van de baring verschilt sterk tussen VSV’s. Het is onbekend welke factoren bijdragen aan het ontstaan van deze praktijkvariatie en in welke mate deze variatie ongewenst is.
Looptijd: 2020 - 2024
Financiering: ZonMW
Praktijkvariatie in de gezondheidszorg is een aanleiding om naar de kwaliteit van zorg te kijken. Praktijkvariatie kan gewenst zijn als die verklaard wordt door verschillen in gezondheidssituaties of in voorkeuren van patiënten. Maar praktijkvariatie kan ook duiden op over- of onder-behandeling. Onderzoek naar de achtergronden van praktijkvariatie is daarom belangrijk. Het terugdringen van ongewenste variatie is een gewenste ontwikkeling vanuit kwaliteits- en patiëntperspectief.
Het percentage inleidingen van de baring verschilt sterk tussen regionale Verloskundige Samenwerkings Verbanden (VSV’s). Het is onbekend hoe deze praktijkvariatie ontstaat en in welke mate deze variatie ongewenst is.
Over het onderzoek
In de VALID studie brengen we in kaart welke variatie er is in Nederland tussen regionale VSV’s met betrekking tot het inleiden van de baring. Bij zes VSV’s - met verschillende percentages inleidingen - onderzoeken we welke factoren bijdragen aan praktijkvariatie op verschillende niveaus, volgens het sociologische model van praktijkvariatie. In gezamenlijkheid met VSV’s en landelijke experts stellen we vast welke praktijkvariatie ongewenst is. Op basis hiervan stellen we samen met de VSV’s een plan van aanpak op voor het verminderen van ongewenste praktijkvariatie. We sluiten hierbij aan bij de bestaande kwaliteitscyclus van elke VSV. Resultaten vertalen we naar een (online) handleiding of toolkit voor het verminderen van ongewenste praktijkvariatie in de geboortezorg.
Publicaties
- Publicatie op Kennispoort
- Pitch over het onderzoek door Msc Lianne Zondag
- Publicatie artikel Regionale praktijkvariatie bij het inleiden van de bevalling in Nederland: doet het ertoe? in PLOS ONE
- Nieuwsbrief Valid - februari 2024